De gewone berenklauw komt voor in bijna geheel Europa, westelijk Azië en noordelijke delen van Afrika. Hij doet het zo goed dat hij hier na het fluitekruid de meest voorkomende schermbloemige is. Deze berenklauw houdt van bermen, op- en afritten van snelwegen, hooi- en rietlanden en lichte loofbossen. Ook de gewone berenklauw verdraagt herhaaldelijk maaien zeer goed en beweiding slecht. Dat is dan ook de reden dat men zo mogelijk varkens of geiten inzet om de berenklauwen doelmatig te bestrijden. Het maaien van bermen langs snelwegen zorgt er immers voor dat de concurrentie wordt weggemaaid, waardoor de berenklauwen juist meer ruimte en mogelijkheden krijgen om zich te vermeerderen. Leest u even mee, dames en heren van Rijkswaterstaat?
[Foto: http://botanika.wendys.cz] |
Allereerst is natuurlijk van belang om het verschil tussen een grote gewone berenklauw en een wat klein uitgevallen reuzenberenklauw te kunnen herkennen. De reuzenberenklauw heeft bladeren met scherpere randen en diepere inkepingen. Die van de gewone berenklauw zijn wat meer afgerond. De kleur van de bladeren van de gewone berenklauw is ook wat matter dan die van de reuzenberenklauw. Ik geeft toe: het verschil wordt pas echt duidelijk wanneer je beide planten naast elkaar hebt en met elkaar kunt vergelijken.
Wanneer u de hoop heeft dat de gewone berenklauw minder gevaarlijk of giftig is dan de reuzenberenklauw, dan heeft u het mis, want beide zitten boordevol furanocoumarines en die kunnen, zoals bekend, ernstige brandwonden veroorzaken. Had ik overigens al verteld dat deze stoffen ook kankerverwekkend zijn?
In Roemenië wordt jonge gewone berenklauw gezien als een geneeskrachtig kruid dat zou werken tegen seksuele problemen. Ook schijnt de plant te worden gebruikt om extra energie en uithoudingsvermogen te krijgen, vandaar zijn bijnaam Roemeense ginseng. Zou dát de kracht van Herakles kunnen verklaren?
Geen opmerkingen:
Een reactie posten