Pagina's

Dansende plant

Dansende plant (Codariocalyx motorius) staat ook bekend als telegraafplant en semafoorplant. Het is een van de weinige planten die in staat is tot snelle bewegingen. Andere bekende soorten die daartoe in staat zijn, zijn het kruidje-roer-mij-niet (Mimosa pudica) en de venusvliegenval (Dionaea muscipula).
Deze soort is inheems in grote delen van Zuidoost-Azië en heeft zelfs een thuis gevonden op de Society Islands, een paar eenzame eilanden in de Stille Zuidzee, waartoe ook Tahiti behoort.

De dansende plant bloeit met delicate paarse bloemen. Elk hoofdblad is uitgerust met een soort scharnier waarom het blad roteert. Die beweging is vermoedelijk een strategie om de hoeveelheid zonlicht te maximaliseren om zoveel mogelijk fotosynthese te kunnen aanmaken. Door het gewicht van deze bladeren moet de plant echter veel energie verbruiken om die steeds te roteren. Dat probleem heeft de dansende plant opgelost door ieder hoofdblad een tweetal kleine zijbaadjes te geven. Deze bewegen iedere drie tot vijf minuten langs een elliptisch pad, 'proeven' de intensiteit van het zonlicht en richten vervolgens het grote blad naar het gebied met de meeste intensiteit. Voor planten is dat supersnel. Snelheid is altijd relatief.

Die beweging van die 'hulpblaadjes' lijkt op de vroegere telegraaf of semafoor, waar seiners met vlaggen berichten aan schepen konden doorgeven. Zelfs de bekende bioloog Charles Darwin werd gebiologeerd door de dansende plant en beschreef hem in zijn 'The Power of Movement in Plants' (1880).

Het eerste deel van de wetenschappelijke naam, Codariocalyx, is een combinatiewoord uit het Oudgrieks, waar koas (κῶας) 'schapenvacht' was en kálux (κάλυξ) 'bloemkelk'. Samen is dat dus zoiets als 'wollige bloemkelk'. Het tweede deel, motorius, is duidelijk. Het is uiteindelijk terug te voeren tot het Latijnse werkwoord mōtō wat 'in werking zetten' betekende.
Ter verdediging kan deze soort ook nog wat bekende alkaloïden aanmaken. In de bladeren, stelen en wortels zitten kleine hoeveelheden DMT en 5-MeO-DMT.

DMT (N,N-Dimethyltryptamine) is een triptamine analoog en de structuur ervan lijkt op die van het essentieel aminozuur tryptofaan. Een essentieel aminozuur kan niet in het menselijk lichaam worden aangemaakt en moeten dus via de voeding worden opgenomen. Omdat tryptofaan in de hersenen noodzakelijk is voor de aanmaak van de neurotransmitter serotonine, heeft ook triptamine effect. Het wordt gebruikt als een psychedelische drug met een snelle aanvang, intense effecten en korte duur. Een handig middel voor 'snelle jongens' die even willen ontsnappen aan de stress (of sleur) van hun werk.

5-MeO-DMT (5-methoxy-N,N-dimethyltryptamine is ook een psychedelische drug die behoort tot de klasse der tryptamines. Behalve in planten is het ook in minstens een paddensoort aangetroffen, de Colorado River toad (Incilius alvarius). De effecten lijken op die van DMT, al moet je rekening houden met angstaanvallen, somberheid, misselijkheid en potentieel fatale hartritmestoornissen[1][2].

[1] Dabire et al: Comparison of effects of some 5-HT1 agonists on blood pressure and heart rate of normotensive anaesthetized rats in European Journal of Pharmacology – 1987
[2] Sklerov et al: A fatal intoxication following the ingestion of 5-methoxy-N,N-dimethyltryptamine in an ayahuasca preparation in Journal of Analytical Toxicology - 2005

Geen opmerkingen: