Klimmende winde

De klimmende winde (Ipomoea tricolor) heeft wereldwijd ongeveer zestienhonderd familieleden. In Nederland treffen we in het wild als verwanten de haagwinde (Calystegia sepium), de zeewinde (Calystegia soldanella) en de akkerwinde (Convolvulus arvensis) aan. Allemaal zijn ze in het algemeen vaak tot enige meters hoog (en ver) klimmende planten. Naast windende (vandaar de naam), niet of weinig vertakte stengels, vormen ze uitlopers, die zich sterk vertakken en over de grond kruipen tot ze een stevig genoeg voorwerp tegenkomen. Dan duiken ze de grond in, verdikken, vormen wortels die de scheut de grond intrekken, en zenden weer windende stengels omhoog. Dat kan dus niet anders dan een vervelend onkruid zijn, zo zult u opmerken, maar als direct familielid van de klimmende winde heeft de zoete aardappel of bataat (Ipomoea batatus) toch een behoorlijk grote economische waarde, zeker voor de Azteken waarvoor hij een belangrijk voedingsmiddel was.
Het eerste deel van de wetenschappelijke naam, Ipomoea, is een combinatiewoord uit het Oudgrieks: íps (ἴψ) betekent ‘worm’ en hómoios (ὅμοιος) betekent ‘lijkend op’. Samen zegt het dus iets over de manier van groeien waar de kronkelende stengels, lijkend op wormen, over de bodem groeien. Het tweede deel, tricolor, is Latijn en betekent ‘driekleurig’. Het verklaart de kleur van de bloemen.

En dan nu de gevaarlijke kant van de klimmende winde; de plant bevat een aantal indole alkaloïden, waaronder de ipobscurines A tot E. Maar het gevaarlijkst is hij door de aanwezigheid van het ergot alkaloïde lyserginezuur en dat is de grondstof voor een drug die bekend staat onder de afkorting LSD. De Zwitserse chemicus Albert Hofmann brouwde deze bewustzijnsveranderende drug voor de eerste keer in 1938. Het lyserginezuur voor LSD is afkomstig van de graanschimmel moederkoorn (Claviceps purpurea). Het gehalte van deze stof in de klimmende winde bedraagt slechts 10% van het gehalte in moederkoorn. Niet dat de giftigheid daarmee wel meevalt omdat de gevolgen van het innnemen van bijvoorbeeld een aantal zaadjes leidt tot hallucinaties, verwijde pupillen (mydriasis), misselijkheid, overgeven, diarree, lodderigheid, gevoelloosheid van lichaamsuiteinden (vingers, tenen en neus), en spierstijfheid.

De klimmende winde heeft in zijn thuisland Mexico een lange geschiedenis als hallucinogeen middel om in contact te treden met de goden. LSD wordt hier als een probleem gezien omdat het bij gebruikers, die er aanleg voor hebben, kan leiden tot een psychose.

In de Engelstalige landen heet de klimmende winde de morning glory (‘ochtendglorie’). Zoals deze naam van de plant al een beetje aangeeft openen de bloemen in de vroege morgen als de zon de bloemen voor het eerst beroert. De bloem leeft maar één enkele dag en sterft in de namiddag. Iedere morgen bloeien dus nieuwe bloemen.